1. Home
  2. |
  3. Tweede Wereldoorlog
  4. |
  5. Bevrijding
  6. |
  7. Harde strijd om Borger en Buinen

Harde strijd om Borger en Buinen

0 Reacties

Een kwart eeuw na de bevrijdíng van Noord-Oost Nederzand publiceerde de Drentsche en Asser CouraLnt een aantal afleveringen over de bevrijding van het Noorden. Op 8 april 1970 stond deel 5 in de krant, geschreven door H. Venema uit Stadskanaat. De inhoud van dat artikel wordt hier in een aangepaste vorm weergegeven. Volgens Jan van Gerner uit Buinen zit er een foutje in het oorspronkelijke artikel. De naam Dekker die gebruíkt wordt, zou vervangen moeten worden door Dieters. Omdat hier onduidelijkheid over bestaat, is er voor gekozen om het artikel niet te veranderen. De dag, waarover Venema schrijft, is donderdag 12 april 1945.

De spanning is voelbaar bij de inwoners van Borger en Buinen, het is donderdagmorgen met prachtig voorjaarsweer. Weinig mensen zullen deze mooie dag bewust ervaren, daarvoor staat er te veel op het spel. Niemand weet precies wat er gaat gebeuren, toch kan een kind reeds aanvoelen, dat vandaag de beslissing valt. Zal deze dag de lang verwachte bevrijding brengen? De hele nacht en vroege morgen zijn Duitse soldaten reeds bezig met het in allerhaast inrichten van een nieuwe verdedigingslijn. Alle bruggen zijn van springladingen voorzien. Midden in Borger wordt een kanon opgesteld, andere Duitsers nemen alvast hun ‘staanplaatsen’ in op de bodem van ontelbare schuttersputjes.

Fietsen weg

Ook in Buinen wemelt het van Duitsers die bezig zijn zich in te graven en zware machinegeweren in positie te brengen. De bewoners die overtuigd zijn van een massale vlucht van de Duitse troepen nemen alle mogelijke voorzorgen. In het grootste geheim worden veel fietsen opgeborgen in de nok van de korenmolen. De Duitsers merken niet dat de voor hen zo belangrijke vluchtmiddelen bijna allemaal verdwijnen.

Niet ver van beide plaatsen, op ongeveer 15 km afstand, komt op deze morgen majoor Wasilewskis regiment in beweging. Het is 10 uur als met donderend geweld de logge pantsergroep Weerdinge verlaat op zoek naar een nieuw adres. Zes kilometer verderop rolt de colonne het gehucht Klijndijk binnen. Tijdens de tocht worden de laatste orders van majoor Wasilewski naar de eskadron-commandanten verzonden. Het 2e eskadron van ritmeester Salwa dat laat in de avond van de vorige dag in Weerdinge aankwam en ’t peloton stoottroepen krijgen een vrije dag. Het 3e eskadron van ritmeester Rozwadowski krijgt standplaats Odoorn en moet de omgeving daar nog wat zuiveren. Voor ritmeester Klodzinski’s eerste eskadron is geen vrije dag weggelegd. De vorige dag bereikte het Exloo, vandaag moet de opmars worden voortgezet. Een motor-ordonnans brengt de details van de opdracht naar de eskadronscommandant. Om 12 uur moet een actie beginnen met als einddoel de plaatsen Westdorp, Borger, Buinen en zo mogelijk een overgang over het kanaal Buinen-Schoonoord.

Overmacht

Het is klokslag 12 uur als een eindeloze rij tanks, carriers en halftracks in beweging komt. Ruim 400 Poolse soldaten uit het eerste tankeskadron reizen af naar hun opgegeven aanvalsdoelen. De gehele actie is gesplitst in drie groepen. De linker gaat vanuit Odoorn langs de Schaopstreek door de boswachterij naar Eesergroen. Bij café Dilling buigt de groep af langs het kanaal en komt terecht op de Kanaaldijk van het kanaal Buinen-Schoonoord.

Drie Cromwell-tanks vormen de spits van de lange colonne. Door het opgewaaide stof en de hoge kanaaldijk verraadt ze reeds spoedig haar positie aan de vijand. De achtergebleven weerstandsgroep van de vijand in Westdorp is dan ook geheel gealarmeerd, maar bij het zien van de grote overmacht die in de verte steeds nader komt, zakt hun alle moed in de schoenen.

Verwarde bevelen klinken en dan, als iedereen zich overhaast achter het kanaal heeft teruggetrokken, vliegt met donderend geweld de brug in de lucht. Het is ongeveer half één als de bewoners zich in hun schuilplaatsen verschrikt afvragen hoe dit alles zal aflopen.

Korte tijd blijft het doodstil in het verlaten dorp, maar dan dringt het aanzwellend geluid als van vliegtuigen het dorp binnen. Het gaat over in donderend geraas als de rupsvoertuigen het dorp binnenrijden. Zij komen evenwel te laat, omdat door de Duitsers alle bruggen zijn vernield. Voor het kleine dorpje is het echter een grootse gebeurtenis om na vijf jaar weer vrij te zijn.

In de lucht

Ongeveer op dezelfde tijd is een andere compagnie dragonders -ook weer voorafgegaan door drie Cromwell-tanks – (het 3e peloton) verrast door vijandelijk vuur tussen Ees en Borger.

Zwaar mitrailleurvuur breekt van beide zijden los en in het zuidelijke gedeelte van Borger komen veel Poolse granaten terecht. Het gelukt de Polen de vijand te verdrijven en in een snelle race begint een achtervolging tot vlak bij de brug over het kanaal Buinen-Schoonoord vóór Borger. De laatste vluchtende Duitsers zijn nog maar net over de brug gerend, als deze met een harde knal achter hen in de lucht vliegt. Het is half één in de middag.

Voortdurend vurend naderen de dragonders in hun carriers het kanaal. Van de andere zijde komt een ondoordringbaar tegenvuur van de vijand, dat de dragonders naar achteren terugslaat. De commandant van de dragonders stelt een nieuw aanvalsplan op en laat deze per motorordonnans Podgorski (Stadskanaal) aan de voorste troepen overbrengen. De dragonders zullen opnieuw tot de aanval overgaan, nu met ondersteuning van het vuur uit de drie Cromwell-tanks. Nogmaals ratelen de carriers naar voren, waarbij een gordijn van vuur op de andere oever wordt gelegd. De vijand vuurt terug en vernietigt één der carriers.

De eerste dragonders springen vlak bij de brug – midden in het helse vuur – uit hun voertuigen en bereiken in een snelle ren de vernielde brug. Enkele onverschrokken mannen kruipen over de verbogen resten naar de andere zijde. Als dit gelukt is, volgen nog enkele kleine groepjes, die tezamen een zwak bruggehoofd vormen aan de overzijde. Het Duitse geschut in Borger vuurt zonder ophouden op de kleine groep.

Rookgordijn

Spoedig blijkt dat de kleine aanvalsgroep het onmogelijk kan volhouden, waarna de drie Cromwells een beschermend rookgordijn tussen hen en de vijand in Borger leggen. Met hun gewonde kameraden keren de dragonders weer terug naar de veilige zijde. Voor de Cromwells komen nu orders om de actie over te nemen. In snel tempo vuren zij hun 75 mm granaten, die onheilspellend gieren, vlak over het dorp en de Duitse verdediging heen. De meeste granaten slaan ver achter het dorp in, toch brengt het de vijandelijke verdediging in grote onzekerheid.

Aan alle zijden, ook van Buinen, horen zij het gebulder van de aanvallende geallieerde troepen. De onzekerheid duurt maar kort en dan volgt ook in Borger weer het bekende tafereel van haastige fietsenroof. Overhaast vluchten de ‘Herren’ één voor één weg om hun hachje te redden. Uit Borger wordt dit bericht snel naar de Polen overgebracht, waarna direct een kleine patrouille op onderzoek wordt uitgezonden. Het is bijna halfzeven als deze Poolse mannen heel voorzichtig het dorp binnenkomen en in het Duits voor de eerste kennismaking zorgen. Zo kwam ook voor Borger na veel strijd de lang verwachte bevrijding. Als later de balans wordt opgemaakt blijken twee Polen en vijf Duitsers te zijn gesneuveld.

Enkele kilometers naar het oosten, nadert dezelfde middag een nog onzichtbare groep door de staatsbossen het dorp Buinen. Vanuit Exloo lukte het hun om ongezien op te rukken tot vlak voor hun aanvalsdoel. Als hun silhouetten echter op de hoge gronden van de Esch zichtbaar worden, breekt de hel los. De in het dorp opgestelde zware Duitse mitrailleurs openen reeds van grote afstand het vuur op de oprukkende Poolse troepen. Vanuit de carriers en de drie Cromwells vuren de Poolse soldaten terug, waardoor in Buinen heel veel ruiten worden versplinterd.

Monumenten

Direct bij de ingang van Buinen sneuvelt in het eerste treffen reeds een van de soldaten van het 10e Bataljon dragonders. Het is soldaat Stanislaw Bieliniec. De inwoners van Buinen die zijn gedachtenis in ere wilden houden richtten na de oorlog op deze plaats een blijvend herinneringsteken voor hem op. Dit monument geeft echter aan de toeschouwers de indruk dat Swiete J. Pamieci op deze plaats sneuvelde. Deze Poolse woorden betekenen echter ‘Ter Zaliger Nagedachtenis’. Overigens heeft in Buinen niemand door, dat het Poolse soldaten zijn die hen bevrijden. Het gehele dorp is angstig weggekropen in vele schuilplaatsen. Ook de familie Dekker zit angstig, maar op alles voorbereid, in een diepe greppel achter de woning. Onder handbereik staat een kruiwagen gereed met voedsel en kleren. Duidelijk horen zij tussen de schoten door dat de tanks steeds dichterbij kwamen. Af en toe valt er glas neer als hun woning weer getroffen werd. Om de hoek van de woning ziet de heer Dekker ineens een paar Duitsers rennen. Ze vliegen door zijn tuin. Een van hen sleept een gestolen fiets mee en kan niet zo vlug meekomen. Als hij met fiets en al over de greppel springt, schreeuwt hij tegen de angstige mensen: “Unten bleiben, unten bleiben!” Zonder omkijken fietst hij als door roofdieren nagezeten de weg af die naar Gasselte voert. ’s Avonds laat komt hij in Boven-Wildervank terecht, waar hij op barse toon bij de familie Hesse onderdak voor de komende nacht eist.

Voor de woning van Dekker is intussen een tank tot stilstand gekomen. Als even later het schieten verstomt, komt de familie heel voorzichtig omhoog uit de greppel. Dekker springt er als eerste uit en rent naar de onbekende militairen. “Canada?” roept hij hen toe. “Nein Polski,” is het antwoord van zijn bevrijders.

Getroffen

De Poolse soldaten hebben hun taak er nog niet opzitten. Naar diverse richtingen worden patrouilles uitgestuurd om de laatste vluchtende vijanden te achterhalen. Bij de Weermaadsdijk komt het weer tot gevechten. Aangetrokken door dit gevecht gaat een zoon van buurtgenoot Komduur naar buiten. Dit belangrijke moment wil hij met eigen ogen beleven. Ineens valt hij getroffen door een kogel in de longen neer. Op doktersadvies (wat begrijpelijk heel 1ang duurde) moet hij direct naar het ziekenhuis in Emmen. Wat doe je in zo’n geval als ziekenauto’s er allang niet meer zijn? Vader Komduur en een buurman krijgen een goed idee. Ze maken tussen twee fietsen een provisorische ligplaats. Heel voorzichtig krijgt zoon Henk een plaats op deze brancard. Dan gaan de beide mannen samen op weg om met ‘dubbele’ stuurmanskunst het ziekenhuis te bereiken. Het is een lange en moeilijke tocht die telkens onderbroken wordt door oprukkende militaire colonnes. Gelukkig werd in Emmen de kogel operatief verwijderd en daardoor zijn leven gered. Nog altijd is deze kogel in bezit van de familie.

In Buinen is de hele bevolking intussen weer ‘bovengronds’ gekomen. Als de avond valt, dansen de meisjes uit Buinen met de jonge Poolse soldaten in het dorpscafé. Twee Poolse jongens doen niet mee. Samen lopen ze door de weinige straten. Een van hen draagt een kistje met meelkoekjes. In gebrekkig Nederlands begroeten zij de vele bewoners voor hun huizen. “For babbies!” zegt de ene, terwijl de andere de inhoud van het kistje laat zien. Alle jonge moeders ontvangen een grote voorraad voedzame koekjes. Zo worden van huis tot huis, op het eind van deze historische dag, de waren gratis aan de vrouw gebracht.

Als de mensen in Westdorp, Borger en Buinen proberen te slapen na een dag van onuitwisbare indrukken, is de staf van majoor Wasilewskis regiment nog volop bezig met de plannen voor de volgende dag.

0 reacties

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site wordt beschermd door reCAPTCHA en Google Privacy Policy en Servicevoorwaarden toepassen.

De verificatie periode van reCAPTCHA is verlopen. Laad de pagina opnieuw.

  • Auteur: Harry Venema
  • Bron: Oorlogssporen
  • Uitgave van de Zwerfsteen, historisch tijdschrift van Stichting Harm Tiesing, jaargang 14, nr. 2.
  • © Stichting Harm Tiesing

Poolse bevrijders achter het huis van Lukas (Loeks) Alfering, Hoofdstraat 75 in Buinen. Het meisje is Zwaantje Alfering, de man met de pet is Jop Trip en daarnaast staat Gezienus Huizing (foto archief Stichting Harm Tiesing).