Naar aanleídíng van een vroegere oproep om voor De Zwerfsteen herinneríngen op papíer te zetten, reageerde Hendrik Jan Kloek uit Groningen. Kloek is geboren op 21 julí 1937 in het St.Lukas-zíekenhuis in Wi nschoten. Zijn ouders woonden ín Nieuweschans. Zijn vader Reint was smid van beroep en 30 jaar oud, toen hij in 1939 als soldaat gelegerd werd in Borger. Was hij een weekend vrij vandienst, dan fietste hij met drie andere soldaten, die hun woonstee ook in het Oost-Groninger land hadden, over Stadskanaal, Onstwedde en Wedde naar het ouderlijk huis in het grensdorp.
Nog lang niet iedereen beschikte in díe tijd over een fototoestel, maar Reint had er wel een en gebruíkte die om in Borger foto’s te maken. Zoon Hendrik Jan heeft er een aantal bewaard en die nu geschonken aan de Stíchting Harm Tiesing.

Herinneringen van H.J. Kloek

Kloek jr. herinnert zich nog veel uit zijn kinderjaren over het Drentse dorp. Dat komt denkelijk, omdat zijn vader zich goed thuis voelde in Borger en contacten zocht met de dorpelingen. Hij hielp smid Zomers soms in de smederij en raakte kind aan huis bij de boerenfamilie Wenning. Dit laatste ging zo ver, dat tot na het einde van de  oorlogde families Wenning en Kloek met elkaar ’visiten’ en dat Kloeks kinderen het echtpaar Jacob en Geesje Wenning oom en tante noemden. Hendrik Jan logeerde vaak bij de Wennings en schrijft nu nog: “Het was toen een heerlijke tijd en heb daar een prachtige kindertijd gehad in de zomer” . Omdat hij er zo veel vertoefde, leerde hij er ook de andere families kennen. Hij schrijft: “Bij de ingang van het kerkhof woonden familie Reinders, familie Seubring, familie Wenning, mevrouw Wiegman, familie Hakkeling en familie Ottens. Aan de overkant vanaf bakker Rosing woonde een oude dame ‘Beppe’’, familie Van Dijk, Van Veen, kruidenier Aalmoes en Meijer, de volgorde weet ik niet zo goed meer. Nadat mevrouw Wiegman was vertrokken, woonde daar de familie Dunnewijk. Op de stal stonden wat koeien en een paard ‘Bello’, in de buurt van Westdorp had de familie een weiland waar de koeien liepen en daar gingen we dan naar toe om te melken, verder op de wipkar naar Drouwen voor het wieden van korenland. Meestal ging de hond ‘Bota’ dan mee. De melkfabriek stond nog midden in het dorp en ’s morgens werden de melkbussen opgehaald en daar naar toe gebracht.” Voordat nu verder wordt gegaan met het verhaal van Kloek, eerst nog even iets over de familie Wenning. Jans Wenning, geb. 8-3-1863, trouwde op 18-5-1897 met Grietha Nijmeijer. Jans was landbouwer. Op 23-1-1900 werd in Ees hun zoon geboren: Jacob. Deze Jacob trouwde op 30-10-1926 met Geesje Raterink (een zus van Geesje was getrouwd met melkventer Jan Trip uit Borger). Jacob en Geesje kregen één zoon: Jans. Jans zou later trouwen met willempje Eggens en vertrok in de jaren vijftig naar de Flevopolder. Wanneer het echtpaar in de boerderij aan de Eeserstraat in Borger is komen wonen, is niet bekend. Zoals eerder opgemerkt, soldaat Kloek maakte graag foto’s en hiernaast en op pagina 6 zijn enige van die foto’s afgedrukt. Kloek verdedigde de ‘vesting Borger’. Daarvoor werden loopgraven aangelegd en een bunker gebouwd opde kanaaldijk nabij de Eeserbrug. Wat deden de soldaten in 1939-1940, hoe brachten ze hun tijd door? Natuurlijk moest er geoefend worden met het geweer en misschien werd er ook wel door het dorp gemarcheerd (wie herinnert zich dat?). Bij de Eeserbrug en Buinerbrug moesten versterkingen worden aangelegd en daarvoor ging men op de schop. Toch bleef er heel veel tijd over en die tijd werd benut door bijvoorbeeld de boeren te helpen of, in het geval van Kloek, smid Zomers behulpzaam te zijn.

De foto is door Kloek genomen bij de smederij. Naast het paard staat Roelof Zomers. Naast Roelof een knecht?